Picture your Future. Save for it by earning 1.5% on a 1-year Term Deposit Account! Learn more.

Maandelijks inzicht – Is inflatie terug van weggeweest?

Geschreven door Gilles Coens, beleggingsexpert bij MeDirect

Iedere maand geeft onze beleggingsexpert Gilles Coens zijn inzicht op de recentelijke gebeurtenissen op economisch en financieel vlak. Deze maand heeft hij het over de heersende inflatie. Maart 2020 staat in ons geheugen gegrift als het begin van de pandemie en daarbij behorende lockdown. Onze economie viel stil alsook de vraag waardoor de prijs daalde met deflatie als gevolg. In maart 2021 is de economie terug opgestart, is er een stijging
van vraag en prijs, met dan inflatie als gevolg. Maar zal de inflatie standhouden, ook al zitten we al lang onder de inflatiegrens van 2%?

Rol van de Europese Centrale Bank

De Europese Centrale Bank (ECB) heeft een inflatiedoel van 2%. De laatste jaren heeft de ECB heel wat initiatieven moeten nemen om deflatie, een algemene prijsdaling, te vermijden. Ondanks alle inspanningen is dit doel de laatste jaren ver van bereikt.
De lage inflatie heeft drie oorzaken:

  1. De vergrijzing van de Europese bevolking.
  2. De “Amazonificatie” oftewel e-commerce bedrijven zoals onder andere Amazon zorgden voor veel neerwaartse druk op de prijzen.
  3. De hogere werkloosheidcijfers in Zuid-Europese landen hielden de inflatie van de Eurozone laag.

De ECB voert al tien jaar de volgende twee zeer soepele monetaire beleidsmaatregelen uit:

  1. Sinds 2014 hanteert ze een negatieve depositorente die intussen -0,50% bedraagt. Banken betalen dus rente wanneer ze overschotten aan liquiditeiten bij de ECB plaatsen.
  2. Een ander ingrijpend programma is het opkopen van obligaties waardoor ook langetermijnrentes daalden. Dit tot doel om consumptie en investeringen te vergemakkelijken door enerzijds lage rentes op kredieten te kunnen verschaffen, maar als gevolg ook
    op spaargeld.

In april 2021 bedroeg het inflatiecijfer in de Eurozone 1,6%. Dat is een sterke stijging tegenover bijvoorbeeld december 2020 toen dezelfde inflatiecijfers negatief waren, namelijk -0,3%. Sinds januari steeg dat cijfer echter gestaag tot het huidige niveau.

Zal de opstoot van de inflatie snel veranderen?

De verwachting van de ECB is dat de inflatie vrij laag zal blijven. De heropstart van de economie ging namelijk van een heel laag punt naar een heel hoog punt en zal zich verder stabiliseren. Bovendien is de kerninflatie waar energie, alcohol en tabak
worden uitgesloten veel lager, ze bedraagt maar 0,7%. Het is vooral de energiesector die voor de herneming zorgde. Niet verwonderlijk, door de lockdowns overal ter wereld was de economische activiteit vorige winter veel lager, wat zorgde voor een
lager industrieel verbruik, maar ook voor minder vraag naar transport. Intussen is de activiteit gedeeltelijk terug opgestart en stijgt, na een dieptepunt, de vraag weer naar energie.   

Wat onderneemt de ECB nu?

Aangezien we hernemen van een zeer laag punt en de inflatie vooral gedreven wordt door herstellende energieprijzen en de luchtvaartsector die haar tarieven normaliseert, heeft de ECB op 22 april beslist haar monetaire beleid niet aan te passen. Zo blijft
de depositorente van de ECB op -0,50% en zal ze haar aankoopporgramma’s van obligaties aanhouden zolang ze dit nodig acht om inflatie aan stabiele niveaus te houden. Voor aankopen die ze doet specfiek door de pandemie zullen deze tot ten minste
maart 2022 aanhouden en misschien langer indien nodig.

Het monetair beleid blijft dus momenteel zeer soepel.

Kom meer te weten over de rol van de ECB in de pandemie.

Amerika versus Europa

Aan de overkant van de oceaan liggen de zaken wat anders. De Amerikaanse markten anticipeerden al eerder een hogere inflatie en hadden die al in hun prijzen verwerkt. Zo anticipeerde Dow Jones op basis van onderzoek een inflatiecijfer van 3,6% voor april
2021. Uiteindelijk bedroeg de inflatie in de VS die maand 4,2%, wat zelfs een aantal leden van de Fed, de Amerikaanse centrale bank, verraste.  In Europa zijn de inflatiecijfers nog relatief laag in vergelijking met die in de Verenigde Staten,
en dit is niet onbelangrijk. De inflatiecijfers waren namelijk al hoger in de VS dan in Europa: een herneming van inflatie vanuit een zeer laag punt is algemeen positief. Een stijging van inflatie waar de inflatie al normaal of zelfs hoger was, zorgt
voor meer nervositeit.

‘In Europa zijn de inflatiecijfers nog relatief laag in vergelijking met die in de Verenigde Staten, en dit is niet onbelangrijk’
Gilles Coens

Deze sterkere stijging en een niet al te duidelijke communicatie van de Fed zorgde voor onzekerheid op de markten. In de VS is men bezorgder dat deze inflatiestijging structureler zou kunnen zijn. Zo is het moeilijk om arbeidskrachten te vinden waardoor
de lonen moeten stijgen om mensen te kunnen aantrekken. En met een loonstijging genereer je ook weer inflatie. Al bij al moeten we ons hier geen zorgen over maken maar wel alert blijven voor die inflatiegenererende factoren.

Hoe dan ook, wat zich afspeelt op Wall Street heeft een impact op de hele wereldeconomie.

Wat betekent dit voor spaarders?

Bij een hogere inflatie wordt gedacht dat de rente op de spaarrekening ook zal stijgen. Hierbij moet je rekening houden met langetermijn en kortetermijn.

Langetermijn versus kortetermijn

Het klopt dat de rente is gestegen, maar dit op de langetermijn. De kortetermijnrente staat onder invloed van de beslissingen van de ECB en verhoogt de rente voorlopig niet. Weinig verandering is dus op komst voor de rente op spaarrekeningen.

Ondanks de aankoopprogramma’s hebben we de langetermijnrente wél zien stijgen dit jaar. Neem de 10-jarige Duitse staatsobligaties, die gingen eind december 2020 van -0,57% naar -0,17% eind mei dit jaar. De rente blijft negatief, maar een
inhaalbeweging werd ingezet. Dit kan bijvoorbeeld een impact hebben op hypotheekleningen.

Wat betekent dit voor beleggers?

Obligatiemarkt

Voor de obligatiemarkt is inflatie minder goed nieuws. Obligaties zullen eerder onderhevig zijn aan de langetermijnrente, afhankelijk van hun looptijd. En stijgende rentes zijn negatief voor de waarde van bestaande obligaties. Nieuw uitgebrachte obligaties
zijn aantrekkelijker door hun hogere rente.  Hoe lager de rente van een obligatie en hoe langer de looptijd, hoe groter dit effect kan zijn.

‘Hoewel inflatie minder goed nieuws is voor de obligatiemarkt, zorgt ze wel voor diversificatie binnen de portefeuille.’
Gilles Coens

Al uw obligaties verkopen? Dit is alvast niet de boodschap, ze blijven wel voor diversificatie zorgen binnen de portefeuille. Het is belangijk om hier ook naar actief beheerde fondsen te kijken. Het professioneel beheer kan naargelang het fonds de beheerder
de mogelijkheid geven om volgens hun risicobeheer dergelijke bewegingen te anticiperen en deels op te vangen.

Aandelenmarkt

Voor de aandelenmarkt is inflatie daarentegen wel goed zolang ze haar doel aanhoudt en beheersbaar blijft. Inflatie is namelijk een teken dat de economie vooruitgaat: bedrijven presteren beter en verdienen meer geld. Voor aandelen heeft een lichte stabiele
inflatie of lichte stijging historisch gezien een positieve impact.

Waar we ons wel voor moeten behoeden is wanneer inflatie hoger uitkomt dan verwacht en ook boven de doelstelling van de centrale bank komt te staan. Dat gebeurde in mei in de VS terwijl de inflatie er al relatief hoog was. Ter vergelijking: in maart bedroeg
ze reeds 2,62%, in de Eurozone toen slechts 1,3%. De vraag stelt zich dan echter hoe tijdelijk de inflatieherneming is, en of de Fed dan toch in de toekomst een strakker monetair beleid zou moeten voeren. Markten reageerden hier nerveus op.

Het waren vooral de duurdere groeiaandelen die verkocht werden, terwijl meer cyclische aandelen resistenter waren. Dit is niet abnormaal: groeiaandelen hebben vaak ook meer nood aan krediet om te groeien en zullen door potentiële renteverhogingen
nadeel ondervinden. Cyclische aandelen kunnen dan weer meer genieten van de groeiprognoses en ook vastgoedaandelen worden dan vaak beschouwd als resistenter tegen inflatie. Wat ook hier niet wilt zeggen dat groeiaandelen geen potentieel meer hebben,
integendeel. Zo wordt bijvoorbeeld verwacht dat techbedrijven de komende jaren nog verder zullen groeien. Diversifiëren blijft dus de boodschap.

Conclusie

Er is voorlopig weinig ruimte voor alternatief aangezien de rente laag blijft. Bij cash blijft de reële rente negatief wat betekent dat de rente op spaarproducten lager is dan de inflatie.

Obligaties zijn minder goed bestand tegen inflatie door potentiële rentestijgingen die traditioneel het gevolg zijn van een hogere inflatie, er zijn echter bepaalde obligatieklasses die hier beter bestand tegen zijn. Actief beheerde fondsen kunnen
een oplossing bieden voor een actief beheer van een obligatieportefeuille.

Ook al blijken sommige aandelenmarkten relatief duur, ze blijven wel interessant. Laten we ook niet vergeten dat groeiverwachtingen over het algemeen positief zijn en dat macro-economische indicatoren zoals het vertrouwen van de aankoopmanagers globaal
gezien ook duiden op verdere groei.

Natuurlijk wil dit niet zeggen dat de belegger enkel in aandelen moet beleggen – diversificatie blijft key in de beleggingsportefeuille. Het is belangrijk een langetermijnvisie te hanteren en zowel
obligaties als aandelen te combineren in de gediversifieerde portefeuille. Uiteindelijk gaan op de langetermijn de twee elkaar een stabiliteit in de portefeuille meebrengen. Zonder de nodige reserves in cash te voorzien om een liquiditeitsbuffer aan
te houden.

‘Diversificatie blijft key in de beleggingsportefeuille. Het is belangrijk een langetermijnvisie te hanteren en zowel obligaties als aandelen te combineren in de gediversifieerde portefeuille.”
Gilles Coens